Medewerkers bij de gemeente Amersfoort hebben te maken met institutioneel racisme

© RTV Utrecht
Amersfoort - Bij de gemeente Amersfoort is sprake van institutioneel racisme in de organisatie. Dat is een belangrijke conclusie uit een onderzoek van Kennisplatform Inclusief Samenleven KIS dat vandaag naar buiten is gekomen. Het onderzoeksrapport beschrijft heftige ervaringen die collega’s meemaken op de werkvloer. Zo beschrijft iemand: "Er wordt ook gezegd van: 'hé, wat is dat dan weer van jullie?' Je wordt op een soort verdachtenbankje gezet."
De conclusies uit het onderzoeksrapport gelden voor alle zes gemeenten die hebben deelgenomen aan het onderzoek. Daar hoort volgens een woordvoerder van de gemeente Amersfoort ook Amsterdam bij. Welke andere vier gemeenten zijn bekeken is niet bekend, maar volgens diezelfde woordvoerder gaat het om gemeenten die minder groot zijn qua omvang.
De conclusies van dit onderzoek zijn gebaseerd op basis van 51 interviews met ambtenaren, waarvan 30 ambtenaren van kleur of met een migratieachtergrond en 21 leidinggevenden. Volgens de onderzoekers is het daarom niet mogelijk aan te geven hoe breed institutioneel racisme binnen de gemeenten speelt.

Wat is institutioneel racisme?

De term ‘institutioneel racisme’ heeft betrekking op racisme dat ingebed is in instituten. Dat kunnen concrete organisaties zijn (zoals bedrijven, scholen en uitkeringsinstanties) maar ook een institutioneel veld (zoals de arbeidsmarkt, de gezondheidszorg en het onderwijsveld). Het Kennisplatform Inclusief Samenleven heeft institutioneel racisme gedefinieerd als: processen, beleid en de (geschreven en ongeschreven) regels van instituten die ertoe leiden dat er ongelijkheid is tussen mensen van verschillende afkomst, huidskleur en/of religie.

Onderzoekers concluderen dat ambtenaren van kleur en/of met een migratieachtergrond racisme ervaren in de omgangsvormen op de werkvloer. Ze voelen zich minder gewaardeerd en ervaren gebrek aan steun en minder kans op promotie. Zo beschrijft een medewerker: "Bij uitvoerend zit gewoon meer kleur, dat is gewoon een feit. En de mensen die daarboven zitten, dat is gewoon witter. Het is gewoon echt een feit. Ik kan er niks anders van maken."

Geen hoofddoek

Een respondent vertelt dat er binnen de gemeente iemand werkzaam was in een leidinggevende functie die vond dat ambtenaren geen hoofddoek zouden mogen dragen. Deze persoon ging ook over het aannemen van nieuwe medewerkers. Volgens de respondent zijn er daardoor mogelijk meerdere mensen afgewezen: "Ik weet 100 procent dat daar heel veel sollicitanten met hoofddoek zijn gekomen die daardoor niet aangenomen zijn".
(Artikel gaat verder onder het kader.)

Onderzoekers hebben het gebruik van citaten vermeden die (mogelijk) herleidbaar zijn tot de respondent, waardoor diens anonimiteit zou kunnen worden aangetast. Bij het doen van onderzoek is dit altijd van belang maar in de context van dit onderzoek geldt dit extra vanwege de angstcultuur die bleek te worden ervaren binnen de gemeenten, zowel door gedupeerde ambtenaren als leidinggevenden.

Vele respondenten waren bang voor represailles vanwege het delen van hun ervaringen. Daarom is tijdens de interviews veelvuldig door respondenten benadrukt dat zij alleen wilden meewerken als hun anonimiteit gewaarborgd werd. De benodigde voorzichtigheid heeft er wel toe geleid dat de onderzoekers situaties minder goed hebben kunnen illustreren met sprekende voorbeelden.

De voorbeelden en citaten die gegeven worden zijn volgens het Kennisplatform Inclusief Samenleven maatgevend voor alle zes gemeenten.

De procedures met betrekking tot de instroom, doorstroom en beoordeling van personeel lijken te leiden tot ongelijkheid tussen medewerkers. Kansen om binnen te komen en door te groeien zijn niet gelijk. Ook is er sprake van niet-geformaliseerd, sociaal ingesleten gedrag dat deze ongelijkheid versterkt.
Gedupeerde ambtenaren geven in het onderzoek vele voorbeelden van racistische opmerkingen van collega’s. Die hebben voornamelijk betrekking op negatieve stereotyperende uitlatingen over bepaalde (groepen mensen). En zijn er voorbeelden van racistische scheldwoorden, zoals het gebruik van het ‘n-woord’. Ook vertellen een aantal gedupeerde ambtenaren dat collega’s racistische bijnamen hanteren.

Racistische uitlatingen in de kantine

Meerdere voorbeelden gaan over racistische uitlatingen die ten overstaan van meerdere mensen in het openbaar worden gemaakt, zoals tijdens (grote) vergaderingen of in de kantine. Bijvoorbeeld als het gaat om religie/levensbeschouwing. "Je moet je verantwoorden voor wandaden van enkelingen. Dan word je de hele tijd ondervraagd van: 'hé wat vind je daarvan’ of ‘wat vind je hiervan?'".
De bestaande processen en informele regels binnen de gemeentelijke organisatie lijken geen passende oplossingen te bieden voor diegenen die (institutioneel) racisme ervaren. Opvallend in het onderzoek is dat de meeste leidinggevenden aangeven geen signalen van racisme te ervaren. Dit staat haaks op de ervaringen van ambtenaren die zeggen dat wel te ervaren.

Open kaart

De gemeente Amersfoort zegt de onderzoeksresultaten zeer serieus te nemen en kiest ervoor om open kaart te spelen. Vanmorgen zijn alle medewerkers geïnformeerd. De directie organiseert gesprekken met medewerkers om het probleem bespreekbaar te krijgen om passende maatregelen te kunnen nemen. Wethouder Micheline Paffen-Zeenni: “Wij accepteren geen discriminatie in onze organisatie en ook de processen in onze organisatie mogen dat niet in zich hebben. Dit onderzoek geeft ons als organisatie een kans om te verbeteren.”
De gemeente neemt daarnaast per direct een aantal concrete maatregelen om tot verbetering te komen. Medewerkers worden voortaan getraind om (institutioneel) racisme te herkennen en in te grijpen als zij hiervan getuigen zijn. Procedures voor de in- en doorstroom binnen de organisatie worden kritisch onder de loep genomen. Ook wil de gemeente meer diversiteit waarborgen binnen de groep van vertrouwenspersonen en de meldprocedures verbeteren.
Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws via nieuws@nieuwsplein33.nl.