Vertellen over de oorlog was voor Louk de Liever een manier om te verwerken

Amersfoort - Als kind overleefde hij drie concentratiekampen. Daarna sprak hij op scholen, talloze bijeenkomsten en bij onthullingen van struikelstenen in Amersfoort, schrijft RTV Utrecht. Dinsdag overleed de holocaust-overlever Louk de Liever (84). Hij is begraven op de Joodse begraafplaats in Amersfoort.
De Liever werd geboren in Nijkerk, waar hij maar kort woonde. Toen hij 2,5 was, dook hij via een buurman onder in Amsterdam. Daar woonde hij twee jaar, tot hij werd verraden door een overbuurman. Op 5-jarige leeftijd is hij op transport naar Westerbork gezet.
Het is niet het laatste kamp waar de jonge jongen in erbarmelijke omstandigheden verbleef. Op 13 september 1944 vertrok hij met het allerlaatste treintransport naar Bergen-Belsen. Hij vertelde later dat hij daar weinig herinneringen aan heeft: “Die tijd is voor mij één groot gat.” Uiteindelijk keerde hij via kamp Theresienstadt terug naar Nijkerk.
Niet geloofd
Het einde van de oorlog betekende niet dat het voor de jongen makkelijker werd. Zijn ouders hebben de hele oorlog ondergedoken gezeten en geloofden zijn verhalen over de oorlog niet. Hij werd door zijn ouders zelfs naar het Pedagogisch Instituut in Amsterdam gestuurd: hij moest behandeld worden wegens leugens en grote fantasie.
Toch bleek het praten over de oorlog wel een manier waarop hij het kon verwerken. Niet alleen had hij het er over met zijn vrouw Mary, die zelf ook de holocaust overleefde, maar ook in het openbaar. “Het vertellen van zijn verhaal is een permanente manier van verwerken geweest”, schrijft voorzitter Floris Havelaar op de website van de Stichting Herdenkingsstenen Amersfoort.
Vertellen om te verwerken
Louk de Liever was jarenlang lid van de stichting. Niet alleen om zijn eigen verhaal te vertellen, maar ook om de lokale joodse geschiedenis levend te houden. Zij herdenken de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog bij de woningen vanwaar de joden zijn gedeporteerd of vermoord. De Liever sprak daar de kaddisj uit: een joods gebed dat wordt gebeden bij een overlijden.
Verder vertelde hij veel over zijn eigen levensverhaal. Louk heeft de stichting vaak meegenomen in de Joodse gebruiken en regels. “We zijn hem veel dank verschuldigd voor zijn wijze woorden”, zegt Havelaar. “Een mens is pas vergeten als zijn naam vergeten is. Zijn naam zullen wij nooit vergeten”, schrijft Floris Havelaar. “Hij heeft op ons een grote indruk achtergelaten.”
Krans op de dam
Op 4 mei dit jaar heeft de Amersfoorter tijdens de Nationale Dodenherdenking een krans mogen leggen bij het monument op de dam. Dit deed hij namens de in de Tweede Wereldoorlog omgekomen Joden, Roma en Sinti. Zijn kleinzoon hielp hem hierbij.