Buurt ziet beoogde opvangplek voor daklozen in het centrum niet zitten

De bijeenkomst zou aanvankelijk plaatsvinden in de aangrenzende horecazaak: het Broodatelier. Maar gezien de enorme belangstelling van zeker vijftig omwonenden werd uitgeweken naar de Observant. Daar beantwoordde verantwoordelijk wethouder Micheline Paffen-Zeenni tal van vragen.

Bezoekers van de bijeenkomst wilden graag hun ervaringen kwijt over overlast die zij nu al ervaren. Die wordt wat hen betreft vooral veroorzaakt door verwarde daklozen die in de binnenstad rondhangen. Ze bedreigen de bewoners, lopen naakt rond, vallen in de tuin in slaap en plegen inbraken. Een van de omwonenden had een foto van zijn motorfiets; de fietstassen waren ‘aan gort gesneden’ met iets wat een groot mes moet zijn geweest. Eerder waren de spiegels er vanaf getrapt.

De gemeente wil 25 daklozen onderbrengen in één pand, waar ze ieder hun eigen kamer en toilet hebben. Uit ervaring blijkt dat velen daardoor tot rust komen en kunnen doorstromen naar – al dan niet begeleid – wonen. In coronatijd werden hiervoor enkele hotels ingezet en dat pakte volgens de wethouder goed uit. De hoop is dus dat in de toekomst de overlast door daklozen zal verminderen door ze een eigen kamer te geven. Nu zijn velen van hen aangewezen op de slaapzalen in de opvanglocatie aan het Smallepad. Dat zorgt maar voor onrust. Ze kunnen daar bovendien alleen ’s nachts verblijven en zwerven dus overdag door de stad.

Of er daadwerkelijk daklozen zullen worden gehuisvest aan de Nieuweweg is nog onduidelijk. De Mariënweerd wordt aangeboden door de Stichting Rooms-Katholiek Liefdehuis. Die is eigenaar van het pand en wil het een maatschappelijke functie geven. De gemeente staat ook open voor andere locaties. Maar het moeten wel ruimtes zijn op maximaal vijfhonderd meter van de binnenstad of het Centraal Station, want dat zijn de gebruikelijke hangplekken.